TNO pleit ervoor innovaties sneller op de weg te krijgen
De vraag naar mobiliteit neemt wereldwijd enorm toe en tegelijkertijd willen en moeten we schoner, veiliger en efficiënter dan ooit tevoren van A naar B. “Aan slimme ideeën is binnen de sector geen gebrek, maar het vermogen om samen innovaties soepel en snel naar de weg te krijgen wordt onvoldoende benut.” Aldus Tjark Tjin-A-Tsoi, CEO van TNO op de openingsdag van de Automotive Week 2023 in Helmond.
Met de huidige stand van de innovatie kunnen we ons veel efficiënter, veiliger, en schoner verplaatsen. De implementatiekant is vaak de beperkende factor. Daardoor dreigen zowel economische- als maatschappelijke doelen in het gedrang te komen. TNO pleit voor meer focus op het implementeren van innovaties, waaronder testen in een realistische praktijkomgeving.
Aan de slag met praktijkexperimenten autonoom vervoer
Het testen van volledig autonome voertuigen op de openbare weg is weliswaar vanaf 1 juli 2022 in alle Europese lidstaten toegestaan, maar in de praktijk worden aanvragen nog nauwelijks goedgekeurd. Het is voor wegbeheerders namelijk bijzonder lastig vast te stellen wanneer de veiligheidsrisico’s aanvaardbaar zijn. Het met pilots versneld naar de weg brengen van autonoom vervoer kan, zeker binnen de logistiek, snel voor verlichting zorgen. Niet alleen voor het chauffeurstekort, maar ook voor het beter benutten van onze weginfrastructuur. Bijvoorbeeld door een deel van het transport te verplaatsen naar de nacht. Het is van belang dat Europese overheden en wegautoriteiten het snel eens worden over een neutrale en kwantitatieve standaard om de veiligheid van een systeem te beoordelen. Het is vervolgens aan de OEM’s om voertuigdata te delen op basis waarvan virtuele scenario-assessments gemaakt kunnen worden.
Tjin-A-Tsoi: “Scenario based safety assessment heeft de toekomst. TNO loopt hierin voorop in Europa. Met onze StreetWise methodologie kunnen we voor industrie, wetgevers en keuringsinstanties eenvoudig uitdrukken hoe veilig een zelfrijdend voertuig op de weg is. Daarmee kun je ook vergelijkingen maken met ongevallenstatistieken. In de Verenigde Staten wordt onze methodologie al succesvol toegepast bij het naar de weg brengen van autonome voertuigsystemen. We zouden deze methodologie ook heel graag in Europa doorontwikkelen om met bedrijven en overheden te zorgen dat ook hier de maatschappelijke en economische perspectieven van autonoom vervoer op een gecontroleerde en veilige manier in zicht komen.”
"Door uit te gaan van emissiebesparingen creëer je naast elektrificatie ook ruimte voor alternatieve verbrandingsconcepten."
Waterstofverbrandingsmotor
Stevige klimaatambities vragen om een snelle omschakeling naar duurzame alternatieven voor fossiele brandstoffen. Daarbij ligt de focus nu sterk op batterij-elektrisch. Maar er zijn vooral voor zwaar transport belemmerende factoren waardoor het moeilijk te zeggen is of, en zo ja wanneer, volledige elektrificatie van het mobiliteitssysteem mogelijk is. Zowel netcongestie als de schaarste van grondstoffen voor batterijen hebben een remmende werking op elektrificatie. Bovendien spelen er ook economische aspecten mee. Vrachtwagens, scheepsmotoren, maar ook motoren van bouwplaats machinerie rollen vandaag de dag nieuw van de band met een verbrandingsmotor en hebben een afschrijvingstermijn van 30 jaar.
“In subsidies en beleid ten behoeve van schone mobiliteit ligt het accent sterk op Zero Emission elektrificatie. Echter, zou het niet zo moeten zijn dat niet de aandrijflijn maar de schadelijke stoffen die uit de uitlaat komen bepalend moeten zijn voor effectief beleid? Door uit te gaan van emissiebesparingen creëer je naast elektrificatie ook ruimte voor alternatieve verbrandingsconcepten waardoor de transportsector veel sneller kan verduurzamen en je onder aan de streep veel sneller en meer schadelijke emissies voorkomt.” Aldus Tjin-A-Tsoi.
Zo’n veelbelovend alternatief voor long haul trucks, scheepsmotoren en bouwmachines is de waterstofverbrandingsmotor. Met groene waterstof uit hernieuwbare bronnen wordt de CO2-emissie tot nul gereduceerd. In tegenstelling tot veel andere duurzame alternatieven, maakt deze innovatie gebruik van betrouwbare, bewezen technologie en een bestaande waardeketen. Belangrijk voor een snelle acceptatie. De motoren zijn schoon, recyclebaar en relatief goedkoop te produceren, zeker in vergelijking met een batterij of brandstofcel. En productie is minder afhankelijk van schaarse grondstoffen die van ver moeten komen. Bijkomend voordeel van deze technologie is dat bestaande motoren vrij eenvoudig te ‘retrofitten’ zijn. Met verschillende aanpassingen zijn bestaande verbrandingsmotoren geschikt te maken om op waterstof te lopen.