Tijdmakers in beeld: Wilfred Visser over data uit de ondergrond
Dit is de tijd waarin innovatie cruciaal is. Om onze wereld veiliger te maken, levens gezonder en klimaatverandering te bestrijden. TNO’ers drukken hun stempel op ónze tijd. In deze serie brengen we onze tijdmakers in beeld. Wilfred Visser, software engineer bij TNO Geologische Dienst Nederland (TNO-GDN), brengt samen met 300 collega’s de ondergrond van Nederland in kaart. In tegenstelling tot wat je misschien denkt is zijn werk allesbehalve stoffig. “Geologisch onderzoek maakt volop gebruik van satellietbeelden, AI en 3D-modellen. En dat levert belangrijke informatie op, bijvoorbeeld voor de bouw van nieuwe huizen en de energietransitie.”
Schat aan informatie
“TNO-GDN is een bijzonder onderdeel van TNO en vervult een taak voor de overheid. Wij gebruiken data om modellen te maken van de ondergrond. Die modellen bevatten een schat aan informatie. Is de bodem opgebouwd uit zand, veen of klei? Dat wil een ingenieursbureau weten voor ze ergens een huis of woonwijk gaan bouwen. Dan komen ze eerst bij ons: hoe zit het daar in elkaar, hoe lang moeten heipalen zijn, wat gaat het kosten?”
“We houden ons ook bezig met CO2- of warmte-opslag in de ondergrond, mogelijk belangrijke oplossingen in de energietransitie. Waar kun je dit veilig doen? En hoe reageert de ondergrond waarschijnlijk? Wij weten hoe je dat kunt monitoren en voorspellen.”
Nieuwste technieken
“Ik geef leiding aan een groep data-scientists. Bij TNO-GDN ontwikkelen we zelf ook nieuwe manieren om de ondergrond te monitoren. We meten temperatuur of trillingen via glasvezelkabels. De buitenkant van de glasvezelkabel kun je gebruiken als een schakeling van sensoren voor temperatuur en trillingen. De techniek was er al, wij passen hem alleen anders toe. Slim hergebruik van data of technieken, kan zo leiden tot nieuwe inzichten.”
“Dit leidt tot zó veel data… Het gaat om terabytes per dag. Die kun je onmogelijk allemaal opslaan, hier moeten we direct analyses op uitvoeren. Door algoritmes hierop los te laten hebben we een instrument om afwijkingen op te sporen. Wordt er iets anders gemeten dan ‘normaal’ dan willen we dát weten.”
"Door algoritmes op de data los te laten hebben we een instrument om afwijkingen op te sporen."
“Door het gebruik van satellietbeelden kunnen we zien waar in Nederland de bodem in de loop van de tijd naar beneden gaat of zelfs omhoogkomt. We zien bijvoorbeeld gebouwen, huizen, wegen, en zelfs vangrails naar boven en beneden bewegen. Veelal ligt de oorzaak hiervan in de ondergrond en onze modellen kunnen helpen dit weer te verklaren en zo bij te dragen aan een oplossing.”
Van handgetekend naar 3D
“We werken aan een uniek 3D-model op basis van 6.000 handgetekende kaarten van de mijnbouwwinning in Limburg. Het zijn ontzettend gedetailleerde kunstwerken, soms wel meer dan 100 jaar oud. Het is een hele puzzel om daaruit eerst de gangen, gemijnde lagen en de daarbij horende dikte en diepte te halen. Door het toepassen van AI is dit mogelijk.”
“Goed begrip van de ondergrond is belangrijk, zeker in de oude mijnstreek. In 2011 verzakte bijvoorbeeld een winkelcentrum in Heerlen als gevolg van mijnbouw in het verleden. Een deel van de oude mijnen heeft men laten instorten of is opgevuld met mijngruis, een ander deel ook niet. Daar loopt grondwater in, waardoor de bodem aan het oppervlak omhoogkomt. Dit nieuwe model, gecombineerd met andere data over de ondergrond, maakt het mogelijk om eventuele risico’s in kaart te brengen.”
Kennis delen
“Kennis delen vind ik heel belangrijk, dus geef ik graag lezingen op de universiteit. Er zijn altijd mensen in de zaal die vervolgens kwamen informeren naar een afstudeerproject of stage. Regelmatig worden studenten die bij TNO-GDN stagelopen daarna vaste collega's, daar ben ik echt trots op.”
“Wil je bij de Geologische Dienst komen werken, dan moet je vooral nieuwsgierig zijn. Dit soort grote hoeveelheden data vraagt om een andere manier van denken, analyseren en ontsluiten. Bovendien kun je hier elk jaar iets nieuws doen als je dat wilt. Van projectmanagement tot de inhoud induiken.”