Gerichte stikstofreductie met de wetenschap als basis
Stikstofuitstoot is een veelbesproken onderwerp in Nederland. Om effectief stikstofproblematiek aan te pakken, is het cruciaal om te begrijpen hoe stikstofverbindingen zich gedragen. Daarom heeft TNO, in opdracht van de provincie Zuid-Holland, een wetenschappelijk rapport ontwikkeld over het gedrag van stikstofverbindingen, met als doel een gebiedsgericht en kosteneffectief stikstofbeleid te ondersteunen.
Rapport ‘Gedrag van stikstofverbindingen in Nederland’.
Krijg meer inzicht in de laatste wetenschappelijke onderzoeken over stikstofdepositie in Nederland.
![quote_martijn_schaap_tno](/publish/pages/12441/quote_martijn_schaap_tno.jpg)
“De wetenschappelijke gegevens over de stikstofverbindingen in Nederland dragen bij aan beleid dat zorgt voor draagvlak en besluiten die ook werken in de praktijk.”
Wetenschappelijke ondersteuning voor beleid
Martijn Schaap, Principal Scientist bij TNO en professor Luchtkwaliteit aan de Freie Universität Berlin, heeft een belangrijke rol gespeeld in dit onderzoek. Hij leidde een kennissessie voor de Provinciale Staten van Zuid-Holland en schreef mee aan het rapport voor inzicht in stikstofverbindingen in Nederland. Om hiermee wetenschappelijke gegevens te leveren die de feitelijke situatie weergeven, zodat beleidsmakers gerichte en kosteneffectieve maatregelen kunnen nemen voor het herstellen en beschermen van onze natuur.
Martijn licht toe: “Bij het maken van beleid moet de overheid zich baseren op wetenschappelijke gegevens, die de feitelijke situatie weergeven. Alleen dan krijg je voldoende draagvlak en kun je besluiten nemen die ook werken in de praktijk”
Zo vindt stikstofuitstoot plaats in de vorm van stikstofoxiden en ammoniak, die verschillende karakteristieken, verspreidingswijzen en milieu-effecten hebben. Toch worden ze over één kam geschoren, terwijl een gescheiden beoordeling noodzakelijk is.
Stikstofoxiden ontstaan door industrie en verbrandingsprocessen, terwijl ammoniak vrijkomt in de landbouw. Stikstofoxiden slaan vanaf hun bron verder weg neer dan ammoniak en hebben verschillende uitstoottrends: stikstofoxiden nemen af, terwijl ammoniakuitstoot stagneert.
![tabel-ontwikkeling-in-nederlandse-emissies-website-image](/publish/pages/12441/tabel-ontwikkeling-in-nederlandse-emissies-website-image.jpg)
De tabel weergeeft de ontwikkeling van twee Nederlandse emissies: ammoniakemissie (NH3-N) door landbouw/veeteelt en stikstofoxiden (NOx-N) van verbrandingsmotoren, industrie, elektriciteitsopwekking en huishoudens of kantoren. Te zien is dat een substantiële vermindering van stikstofdioxide zich als een trend voortzet. Terwijl de ammoniakuitstoot minder snel daalt en stagneert de laatste 10 jaar.
Het gedrag van stikstofverbindingen
Bij stikstofgedrag gaat het om vier belangrijke processen:
- Emissie: Dit is de uitstoot die vanuit een bron de atmosfeer in gaat, zoals vanuit een schoorsteen, vliegtuig of stal.
- Verspreiding: Dit beschrijft de manier waarop de verontreiniging zich beweegt door de lucht.
- Chemische omzetting: In de lucht kan de uitgestoten verontreiniging omzetten naar andere stikstofverbindingen. Deze kunnen zich anders kunnen gedragen dan de primaire uitstoot.
- Depositie: is wat neerslaat op de bodem, het water en de gewassen.
Hoe snel dit proces verloopt en welke afstand wordt afgelegd, hangt af van factoren zoals de hoogte van de emissie, het weer en het type verbinding. Bijvoorbeeld, ammoniak slaat gemiddeld vaker dicht bij de bron neer dan stikstofdioxide.
Nauwkeurige meetmethoden stikstof
TNO maakt gebruik van geavanceerde meetmethoden met een hogere tijd- en ruimteresolutie. Dit betekent meer meetpunten en vaker meten, bijvoorbeeld met mobiele meetwagens en zelfs vanuit een vliegtuig.
Deze nieuwe meetmethoden voor stikstofverbindingen worden gecombineerd met satellietgegevens en state-of-the-art modellen, waardoor we steeds beter weten waar de deposities van stikstofdioxide en ammoniak vandaan komen. Dit stelt ons in staat om gerichte maatregelen te nemen met meer onderbouwing, draagvlak en resultaat.
Een voorbeeld van TNO's aanpak zijn mobiele emissiemetingen rond koeienstallen bij melkveehouderijen. Met die meetcampagne probeerden we dieper inzicht te verkrijgen in de hoogte, breedte en verdeling van ammoniakpluimen.
Ook hebben we onze mobiele meetwagens ingezet rond de Nieuwkoopse Plassen om emissiegegevens van boerderijen beter te verzamelen.
Dit helpt om nationale berekeningen te verifiëren en te bepalen of bepaalde emissiebronnen over- of onderschat worden. Een ander voorbeeld is het meten van de depositie van ammoniak op een toren in een bos op Loobos, waarbij we de concentratie ammoniak in stijgende en dalende luchtstromen in kaart brengen. stijgende en dalende luchtstromen in kaart brengen.
Wil je stikstofproblemen gericht en kostenefficiënt aanpakken? Samen kunnen we werken aan een duurzamere toekomst door wetenschappelijk onderbouwde en effectieve stikstofmaatregelen te implementeren.
Neem contact met ons op
Laat je verder inspireren
Nieuw onderzoek naar mogelijke ondergrens stikstofdepositie met AERIUS door UvA en TNO
![](/publish/pages/11488/tno_en_uva_onderzoek_index.png)
![](/publish/pages/11488/tno_en_uva_onderzoek_index.png)
Biodiversiteit in kaart brengen met fijnstoffilters
![](/publish/pages/10966/biodiversiteit_3_.png)
![](/publish/pages/10966/biodiversiteit_3_.png)
Emissies voorspellen van boerenbedrijven op basis van mobiele metingen
![](/publish/pages/10567/ammoniak_meting.png)
![](/publish/pages/10567/ammoniak_meting.png)
Bron van stikstof en fosfor in zeekleigebieden niet altijd duidelijk
![](/publish/pages/10609/zeekleipolders_789_x_442.png)
![](/publish/pages/10609/zeekleipolders_789_x_442.png)
Intensief stikstofonderzoek in en rond het Liefstinghsbroek
![](/publish/pages/8623/intensief-stikstofonderzoek-in-en-rond-het-liefstinghsbroek.jpg)
![](/publish/pages/8623/intensief-stikstofonderzoek-in-en-rond-het-liefstinghsbroek.jpg)